Deel dit artikel

aan het einde van de vorige eeuw hadden postmoderne denkers de grote narratieven nog doodverklaard. geesteswetenschappers verkozen voortaan microstudies, waarbij fenomenen minutieus in hun lokale en tijdsgebonden context werden geplaatst. de laatste jaren is er echter een verschuiving merkbaar: die kleine verhalen blijken, in het licht van wereldwijde uitdagingen zoals de klimaatcrisis of de toekomst van de democratie, niet langer te volstaan. academici richten zich nu opnieuw op de erg lange termijn en meten zich een planetaire blik aan. dat doen ook de antropoloog graeber en de archeoloog wengrow, al gebruiken zij hun brede chronologische en geografische blik precies om te tonen waar de dominante ‘master narratives’ tekortschieten.

De anarchie van het verleden

Raf De Bont

Wanneer we naar de bestsellerlijsten kijken, zien we dat grote verhalen terug in de mode zijn. Boeken met verreikende syntheses en universele verklaringsschema’s doen het uitermate goed. Er was bijvoorbeeld Francis Fukuyama’s The Origins of Political Order (2011) en Jared Diamonds The World until Yesterday (2012). Het meest succesvolle voorbeeld is echter Sapiens (2011) van de Israëlische historicus Yuval Noah Harari. De ondertitel van diens boek belooft niet minder dan een A Short History of Humanity – een ambitie die een breed lezerspubliek wist te bekoren. Het boek verkocht meer dan twaalf miljoen exemplaren en Harari werd, als was hij een rockster, van lezing naar lezing gevlogen.

Hoewel Harari (zowel qua stijl als qua lezersaantallen) moeilijk als representatief kan gelden voor de gemiddelde geesteswetenschapper, is er wel degelijk een bredere verschuiving merkbaar. Aan het einde van de vorige eeuw hadden postmoderne denkers de metanarratieven immers nog doodverklaard. In de academische wereld was een voorliefde voor microstudies ontstaan, waarbij fenomenen bij voorkeur minutieus in hun lokale en tijdsgebonden context werden geplaatst. Die voorliefde voor het kleine lijkt nu al even voorbij. Steeds vaker neemt de groothoek de plaats in van de telelens. In het licht van grote uitdagingen zoals de klimaatcrisis of de toekomst van de democratie blijken kleine verhalen niet langer te volstaan. Zowel chronologisch als geografisch wordt daarom de breedte gezocht. De laatste decennia richten steeds meer academici zich op de (erg) lange termijn en streven ze een planetaire blik na.

Op het eerste gezicht past The Dawn of Everything, het recente boek van de (zopas overleden) Amerikaanse antropoloog en anarchist David Graeber en de Britse archeoloog David Wengrow, perfect in de bovengeschetste trend. De ondertitel, A New History of Humanity, verwijst niet toevallig naar die van Harari. Graeber en Wengrow zijn chronologisch en geografisch dan ook even gulzig als de Israëliër. Maar toch is er een cruciaal verschil. Waar Harari een terugkeer naar grote verhalen propageert, nemen Graeber en Wengrow het postmodernisme serieus. Ze gebruiken hun brede chronologische en geografische blik precies om aan te geven waar de dominante ‘master narratives’ van vandaag tekortschieten. The Dawn of Everything laat zich dan ook lezen als een anti-Harari.

Het vervolg van dit artikel lees je in de papieren versie van Karakter 80. De volledige tekst verschijnt later online.

Deel dit artikel
Gerelateerde artikelen