De aandacht voor de maatschappelijke gevolgen van artificiële intelligentie blijft onverminderd groot. Gezien de veelzijdigheid van deze technologie is het zinvol haar vanuit uiteenlopende perspectieven te benaderen. De politieke filosofie is hiervoor uitermate geschikt: haar kernwaarden – vrijheid, gelijkheid en rechtvaardigheid – vormen een onmisbaar kompas voor het gebruik van AI en de inrichting van onze samenleving.
Wat goede AI is, is óók een politiek-filosofische vraag
Juliet van Rosendaal
Artificiële intelligentie is volop in ontwikkeling, en de maatschappij ontwikkelt mee. Op zich is dit niets vreemds. Iedere nieuwe technologie brengt immers, in meer of mindere mate, veranderingen teweeg in het doen en laten van mensen. E-bikes laten de ouderen weer fietsen, vapes laten de jongeren weer roken, en ChatGPT laat de studenten een bachelorscriptie schrijven in een avond tijd. Tegelijkertijd bestaat er geen noodzakelijk verband tussen de introductie van een nieuwe technologie en veranderingen in het dagelijks leven. Videobellen bestaat al decennia, maar het is pas sinds de COVID-19-pandemie dat we duidelijk moeten maken of we online of ’in het echt’ afspreken. De waterfles is allesbehalve een hoogtechnologische innovatie, maar omdat experts het belang van voldoende water drinken benadrukken, is het de laatste jaren voor velen de norm geworden er altijd een bij zich te hebben. En het gebruik van mobiele telefoons wordt juist teruggedrongen, op scholen en in de toekomst misschien ook op andere plekken. Het is dus niet zo dat de technologische beïnvloeding van de maatschappij eenrichtingsverkeer is. Evenzeer bepalen wij welke technologie we gebruiken en welke eisen we daaraan stellen. In de wisselwerking tussen technologie en maatschappij komen telkens veranderende normen tot stand.
We bevinden ons dan ook midden in het proces van hoe we AI een plaats geven in onze maatschappij. Een eigenschap van AI die deze opgave allicht uitdagender maakt dan bij andere technologieën is dat AI een zeer veelzijdige technologie is. Dankzij ChatGPT kwam het grotere publiek voor het eerst in aanraking met tekstgeneratie, maar dat is maar één toepassing van AI. De technologie kan in principe worden toegepast op alle gebieden met voldoende beschikbare data – en dat zijn er anno 2025 behoorlijk veel: van gezichtsherkenning, tot weersvoorspelling, tot tumordetectie. Om die veelzijdigheid te duiden omschrijft de Nederlandse Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) AI als een systeemtechnologie. Dit verwijst naar hoe AI net als andere systeemtechnologieën, zoals de stoommachine en elektriciteit, niet op zichzelf staat maar wordt geïntegreerd in allerlei (reeds bestaande) technologische systemen. Zo konden tijdens de industriële revolutie nieuwe schepen, drukpersen en ploegen worden ontwikkeld die allemaal op stoomkracht werkten. Ook AI is als het ware een toevoeging aan de reeds bestaande digitale infrastructuur van computers, netwerkverbindingen en servers, technologieën die op hun beurt, in onze informatiesamenleving, in veel verschillende contexten worden gebruikt. AI is dus zeer breed inzetbaar, wat bijgevolg zorgt voor brede, ofwel systemische verandering, aldus de WRR.
Deze visie van de WRR geeft des te meer reden om stil te staan bij hoe we AI willen gebruiken, en welke eisen we willen stellen aan AI. De afgelopen jaren krijgen deze vragen gelukkig steeds meer aandacht, zowel in het publieke debat als in academische, beroepsmatige en beleidsmatige discussies. Hieruit zijn verschillende initiatieven voortgekomen die ethische richtlijnen hebben opgesteld voor het ontwikkelen van AI. Het idee van dergelijke richtlijnen is dat ze in principe op alle AI-systemen van toepassing zijn en helpen om ‘onwenselijke’ effecten van AI-systemen op de maatschappij te voorkomen. Zo stelde de Europese Commissie hiervoor een expertgroep aan bestaande uit ingenieurs, filosofen, ethici, rechtsgeleerden en professionals, die, in dialoog met een burgerpanel, in 2019 de Ethics Guidelines for Trustworthy AI opleverde.
Het vervolg van dit artikel leest u in de papieren versie van Karakter 89. De volledige tekst verschijnt later online.

This work is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivs 3.0 Unported License